Dinsdag 20 oktober organiseerde Rijnbrink een webinar voor het Netwerk van Overijsselse Bibliotheken en het Gelders Bibliotheek Netwerk over de effectiviteit van ouder-kind programma’s. Prof. dr. Roel van Steensel vertelde in dit webinar over wetenschappelijk onderzoek naar ouder-kindprogramma’s gericht op de stimulering van taal en geletterdheid. Welke rol spelen ouders in de ontwikkeling van geletterde vaardigheden en in de ontwikkeling van leesmotivatie? En hoe sluit je hierop aan met ouder-kindprogramma’s? Dat was de centrale vraag van dit webinar. Met ruim 150 aanmeldingen was er veel belangstelling.
Ben je benieuwd naar het webinar? Kijk deze hier terug.
Wat werkt goed bij ouder-kindprogramma’s?
Een gezinsgerichte aanpak is belangrijk om de cyclus van laaggeletterdheid te doorbreken. Maar wat werkt goed bij ouder-kindprogramma’s? En wat werkt helemaal niet? Resultaten uit wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit van ouder-kindprogramma’s helpen bij het verbeteren van deze programma’s. Hierbij enkele belangrijke conclusies die in het webinar de revue passeerden.
De effectiviteit van ouder-kindprogramma’s is onderzocht in een grote, internationale overzichtsstudie, waarbij gekeken is welke programma’s het beste lijken te werken voor laagopgeleide en migrantengezinnen. In deze studie (waarin hele gevarieerde programma’s zaten) zijn specifieke programmakenmerken geanalyseerd. Een belangrijke conclusie die uit het onderzoek getrokken werd, is dat focus in de programma’s belangrijk is voor de effectiviteit ervan.
Gerichte aanpak loont
Roel van Steensel licht tijdens het webinar toe: “Ouder-kindprogramma’s die gefocust zijn, die een gerichte aanpak volgen, laten over het algemeen de grootste (positieve) effecten zien. We zagen bijvoorbeeld dat programma’s die zich alléén op voorlezen richtten, grotere effecten hadden op de begripsvaardigheden dan programma’s die zich (ook) op andere activiteiten richtten. Ook zagen we dat programma’s die zich alleen op geletterde vaardigheden richtten, een groter effect op begripsvaardigheden (zoals woordenschat) hadden dan programma’s die zich (ook) op andere vaardigheden richtten. Denk dan bijvoorbeeld aan programma’s waar ook veel aandacht aan opvoedingsondersteuning wordt besteed.”
Activiteiten thuis of ook op locatie?
Verder blijkt dat programma’s waarbij alleen activiteiten thuis werden aangeboden, een groter effect hadden op vaardigheden dan programma’s waarin óók activiteiten in centra of op scholen plaatsvonden. Dat klinkt misschien gek, want een gecombineerde aanpak is eigenlijk meer aanbod. Maar uit onderzoek blijkt dat dat dus niet altijd effectief is.
Roel van Steensel tijdens het webinar: “We denken dat dat komt, omdat in die gecombineerde programma’s de oudercomponent te schools is. We zagen vaak dat er gestart wordt met een schoolprogramma en dat zo’n schoolprogramma vervolgens wordt vertaald naar een thuisprogramma. Dat maakt dat dat thuisprogramma ook vrij schools van aard is en daardoor misschien onvoldoende aansluit op de thuisomgeving en op de behoefte van gezinnen. Interessant was om te zien dat programma’s waar die aansluiting wél wordt gezocht, dus waarin de mogelijkheid was voor differentiatie in het programma-aanbod, de allergrootste effecten lieten zien. Dit gebeurt echter maar in een handjevol programma’s.”
Leesmotivatie
Er is niet alleen wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de effectiviteit op de (lees/begrips)vaardigheden van kinderen, maar ook naar wat werkt voor de leesmotivatie van kinderen. Ook dit onderwerp besprak prof. dr. Roel van Steensel tijdens het webinar. Door ouders aan te moedigen meer aandacht te besteden aan lezen thuis, kan de leesmotivatie van kinderen positief worden beïnvloed.
Van wetenschap naar praktijk
Wetenschappelijk onderzoek biedt dus goede en ook praktische handvatten om een gezinsaanpak verder lokaal vorm te geven. Door kennis te verzamelen en te delen over wat wel en niet werkt, komen alle samenwerkende partners die hiermee bezig zijn verder. Als hiermee gezamenlijk taalarme gezinnen beter bereikt en ondersteund worden is dat een belangrijke stap in het doorbreken van de cyclus van laaggeletterdheid.
In deze bijlage vind je nog enkele vragen en antwoorden die door deelnemers tijdens het webinar zijn gesteld.